In het projectgebied, het Dinkeltraject vanaf de Ellermansbrug in Losser tot aan de Beuningerbrug in Beuningen stroomafwaarts, zijn tien kralen benoemd:
- Ellermansbrug-Bossinkbrug
- Oelermars
- Horstkamp
- Snoeyinksbeek-Bloemenbeek
- Teussink
- Keet’n Zwart
- Noord van A1
- Groene staart
- Kribbenbrug
- Meuleman
Bij deze kralen gaan we maatregelen uitvoeren. Deze bestaan uit:
Aanplanten (rivier begeleidende) bomen en struiken
Schaduw van bomen en struiken zorgt ervoor dat het water minder snel opwarmt, waardoor er voldoende zuurstof in het water blijft. Ook zorgen (boom)wortels in de oever voor een fijne leefomgeving voor dieren in en bij het water.
Daarom worden te lange kale stukken oever ingeplant met bomen en struiken of laten we deze natuurlijk ontwikkelen. Hierbij worden gebiedseigen soorten gekozen. In de oever zijn dat bijvoorbeeld Grauwe wilg, Bitterwilg en Amandelwilg. Op de oever zijn dat struiken als Wegedoorn, Sleedoorn en Kardinaalsmuts en bomen als de Zwarte populier, Zwarte els en Es.
Puin of keileem uit de oever verwijderen
Puin of andere ongewenste verstevigingsmaterialen (zoals keileem) worden uit de Dinkel-oever verwijderd. Hierdoor worden natuurlijke rivierprocessen bevorderd en hersteld, waarbij grond en gesteente wordt weggesleten door het stromende water, en de bodem van de Dinkel verandert door de aanvoer van zand en slib.
Bescherming monumentale bomen
Op verschillende plekken langs en in de oever van de Dinkel staan monumentale bomen. Als deze bomen zouden wegspoelen door erosie van de Dinkel, duurt het meer dan een eeuw voor er vervangende bomen zijn met een soortgelijk monumentaal karakter. Risicovolle plekken van (meestal) solitaire, oude reuzenbomen moeten daarom natuurvriendelijk beschermd worden. De monumentale bomen langs de Dinkel zijn enkele Zomereiken, Haagbeuken en de zeldzame inheemse Zwarte populieren.
Uitmonding zijbeek optimaliseren voor vissen, andere kleine waterdieren en planten
De overgang van een zijbeek in de Dinkel verloopt vaak zeer snel, het water uit de zijbeek valt letterlijk in de Dinkel. Door de laatste 10 meter van de zijbeek geleidelijk te verdiepen richting de bodem van de Dinkel, en hier stortstenen en dood hout in te plaatsen, ontstaan er plekken met weinig stroming. Deze plekken zijn een fijne verblijfplaats voor vis, zoals de rivierdonderpad en andere kleine waterdieren, vooral wanneer er veel water door de Dinkel stroomt.
Oude zijtak en poel aansluiten
We gaan de verbinding van oude Dinkellopen(zijtakken) en een poel met de Dinkel herstellen, zodat deze weer in contact komen met de Dinkel en vis en andere kleine waterdieren er in en uit kunnen.
Deze poel en zijtak dienen als verblijfplaats voor vis, kleine waterdieren en planten, vooral als er veel water wordt afgevoerd in de Dinkel.
Om te voorkomen dat de met grondwater gevoede elzenbroekbossen verdrogen, wordt ten hoogte van de in- en uitstroom een drempel aangelegd.
Maatregelen in het beheer:
- Ontwikkeling van kruiden- en dierenrijk grasland door specifiek beheer
- Behoud en uitbreiding van stroomdalgraslanden en beekbegeleidende bossen
